Links en tips
CONTACT
GASTENBOEK
Zondag 25 oktober 2009 Trappen in het bos
Kesteren – Heelsum, ± 29,5 km
Deels bewolkt en winderig, deels zon en regen, 10-17 °C
Vrijdagavond bleek dat het zondag helemaal niet zo’n regenachtige herfstdag zou worden als eerder was voorspeld, dus hals over kop maakten we wandelplannen. Gelukkig hadden we voor de zondag geen afspraken staan. Wel moesten we al onze ‘to does’ op de zaterdag gaan doen, en dat terwijl we zaterdagavond ook nog een theateruitje hadden. Dat was even haasten, maar om 20.15 uur zaten we relaxed in het theater (bij ons om de hoek, ideaal!). Toen we thuis kwamen waren we best moe en doken al snel ons bed in. Ik was vergeten om te kijken hoe laat we weg moesten en we hadden allebei geen zin om naar beneden te gaan (achteraf gezien wel heel erg lui…). Deze nacht ging de wintertijd in en hadden we (gelukkig) een uurtje extra slaap. Dat konden we wel gebruiken. We zetten de wekkers vroeg en vielen binnen een minuut in slaap.
’s Ochtends bleek dat de bus pas om 8.30 uur vanuit Heelsum zou vertrekken en we alle tijd hadden; als we iets voor 7.30 uur zouden vertrekken zouden we de bus makkelijk halen. Na een ontspannen begin van de dag reden we richting Heelsum waar we de auto langs de route parkeerden (in de Anemoonlaan). We hadden nog net een beetje tijd om een stukje van de route te lopen om daarna de bushalte op te zoeken. Toen ik mijn rugzak wilde pakken ging dat blijkbaar zo onhandig dat ik één van mijn nagels scheurde (klapte gewoon om…). En wel zo dat het aan beide kanten tot bloedens toe scheurde. AU!!!
Niet zeuren, eerst naar de bushalte lopen. Langs een aantal moestuintjes liepen we over een drassig pad langs de rand van Heelsum. Aan het eind van het pad sloegen we rechts af richting bushalte. We kwamen er op tijd aan, hadden zelfs nog een paar minuten over. Met het schaartje van een zakmes knipte ik voorzichtig mijn nagel af, maar het was te diep ingescheurd om netjes te maken. Een pleister er om en wachten tot de bus zou komen. De komende weken zit ik wel vast aan een pleister o.i.d. want ik blijf anders overal aan haken!
De bus was te laat. Het was dezelfde bus als vorige week, op dezelfde tijd, zou deze ook met 10 minuten vertraging komen??? Zou het weer dezelfde buschauffeur zijn? “Beter laat dan nooit huh”… We kregen het fris maar gelukkig kwam de bus met een paar minuten vertraging. We stapten in en lieten de strippenkaart afstempelen door een andere chauffeur dan vorige week. Toen we plaats namen riep de chauffeur dat de tijd niet goed stond: hij stond nog op de vorige avond 19.00 uur. Met overstappen kon dat ons problemen geven. Hij corrigeerde alles waarna we een kwartiertje later bij busstation Wageningen uit stapten. Hier zouden we 10 minuten moeten wachten op het taxibusje naar Kesteren, maar deze kwam gelukkig ruimschoots op tijd. De chauffeuse wilde nog even een peukje roken, maar wij mochten alvast in het warme busje stappen, samen met nog een meisje. Een vrouw bleef bij de chauffeuse buiten staan. Terwijl wij in het busje zaten te wachten tot het tijd was om te vertrekken werden we vermaakt door radio “Het Nederlandse Levenslied” of zo. Terwijl ik bijna jolig werd van de muziek (die vrij hard stond) kwam er ineens geluid uit de portofoon (?). “Goedemorgen. Wat wilde je vragen? …….. Goedemorgen.”. Het meisje deed de deur open en zei tegen de chauffeuse dat er iemand ‘goedemorgen’ tegen haar zei. Met een lekker plat accent vroeg ze door de microfoon wie haar goedemorgen had gewenst. Het bleek Musta(fa) te zijn, maar ze bleken elkaar beide niet opgeroepen te hebben (???????) Het was een beetje vreemd maar wel gezellig. Om 8.58 uur was tijd om te gaan en toen we net onderweg waren vroeg de chauffeuse aan het meisje of ze naar Ouwehands moest. Ja, dat moest ze. De chauffeuse vertelde dat er allemaal politie en brandweer bij de ingang had gestaan, maar ze wist niet wat er aan de hand was. Het meisje schrok en probeerde gelijk te bellen. Ze was vooral bang dat ‘haar beesten’ in de vlammen waren op gegaan. Uiteindelijk bleek het huis ernaast vlam te hebben gevat, waar 2 oudere mensen woonden. Het blijkt een brand in de schuur van de mensen die direct naast het dierpark wonen geweest te zijn (http://www.veenendaalsekrant.nl/page/Lokaal/Regionaal-Detail/Garage-met-auto-en-caravan-brand.440789.news )
We stapten om 9.10 uur uit in Kesteren en liepen de dijk op. Een paar gehaaste kerkgangers kwamen ons (keurig gekleed) tegemoet. Met een stijf hoofd werd er vriendelijk ‘goedemorgen’ gezegd. Iets verderop pakten we de route weer op en kwamen al snel bij de rand van het dorp. De bomen in allerlei soorten herfstkleuren, door de zon verlicht, staken prachtig af tegen de donkere regenwolken. Een landweg (later fietspad, daarna rustige weg) bracht ons richting de Rijnbrug. Over de brug kwamen we aan de andere kant van de Nederrijn, aan de rand van Rhenen. Op de brug genoten we van het uitzicht op de uiterwaarden en de verschillende kerken die afwisselend door de zon werden verlicht. We zagen de Grebbeberg als een groene bult in het landschap voor ons liggen.
Aan de overkant gekomen ging de route verder over een pad tussen het water en wat bedrijventerreinen door. Vanaf een braak liggend stuk land vloog een fazant omhoog. Iets verder moesten wij ook omhoog, over een trap waar geen eind aan leek te komen! De bielzen die als treden dienden waren soms half weg gerot, soms erg smal en soms erg glad. We moesten goed opletten tijdens ‘de klim’ want een misstap was zo gemaakt.
Voor deze klim hadden we het al redelijk warm gehad, maar nu kwam de stoom bijna van ons af. We liepen bovenlangs op de Grebbeberg, onder ons de uiterwaarden en de Nederrijn, door een beukenbos, met kleine heuveltjes en dalletjes. Eigenlijk net zoals vorige week. Goed voor de kuitspieren! Er waren veel mensen in het bos, voor een wandeling, een rondje rennen of wat anders. Het was een mooi bos, maar de route was niet altijd even makkelijk te volgen, ook al moesten we zo dicht mogelijk langs de rand blijven lopen. Een enkele keer kwamen we met een kleine omweg weer op het juiste pad, dus zo erg was het niet. Zoals in de tekst stond kwamen we langs en ruïne, en af en toe zagen we markering.
Bij de Erebegraafplaats zagen we een mooie pauzeplek: onder de overkapping van het informatiegebouwtje stond een bankje. Een goede pauzeplek, zeker toen bleek dat er in het gebouwtje toiletten aanwezig waren en het gebouwtje nog open was ook! Eindelijk konden we piesen, geen mensen die voorbij kwamen, eindelijk een privé plekje!
Opgelucht gingen we verder, we hadden wat geloost en wat gegeten. De route ging verder over de Grebbedijk. Rechts van ons, in de uiterwaarden, dachten we een ijsvogel te horen, maar zagen jammer genoeg geen ‘blauwe flits’ voorbij komen. Na zo’n 500 meter liepen we de dijk af en werden over een landweg verder gebracht. Eerst onder bomen getooid in herfstornaat, later langs een veld met bloeiend koolzaad en omgeploegde klei-akkers. De Grebbeberg lag achter ons, die hadden we gehad. We kwamen langs een paar bedrijven en een proefveld met verschillende soorten kool. In vierkante blokken stonden telkens verschillende soorten bij elkaar. Een test qua bemesting of grondsoort? Een paardje trok onze aandacht door te hinniken, wat we natuurlijk beloonden met een aai. We naderden de rand van Wageningen en zagen op het asfalt een beestje liggen. Het bleek een pop te zijn (een rups die verpopt). We hebben het beestje in de berm gelegd zodat de kans om overreden te worden wat kleiner is.
We kwamen weer uit op de Grebbedijk en liepen langs de industrie. Niet het leukste deel van de route, maar gelukkig duurde het ook niet al te lang. Na de haven sloegen we rechtsaf, de uiterwaarden in, om uit te komen bij de voormalige steenfabriek ‘De Bovenste Polder’. De steenfabriek stamt uit 1846 en is tegenwoordig een beschermd industrieel monument. Na een restauratie in 1996 zitten er nu o.a. kunstenaars en muzikanten. Onder het toeziend oog van een hond liepen we over het terrein van de steenfabriek. Het was een mooi bouwwerk om te zien.
We zagen een paar harige rupsen oversteken (waarschijnlijk rupsen van de ‘kleine beer’) en vlak voor ons vloog een fazant op. We lieten de uiterwaarden achter ons en kwamen weer bij de rand van Wageningen. Hier gingen we weer (met heeeeeel veel treden) omhoog het bos in, om uit te komen bij de Botanische tuin Belmonte. Ook hier was het druk met mensen, maar de tuin was echt schitterend! De verschillende bomen en struiken gaven het geheel een grote variëteit aan (herfst)kleuren. We vonden een bankje waar we konden pauzeren om te lunchen. Veel mensen die langskwamen wensten ons ‘smakelijk eten’ of liepen met een glimlach langs. Eén stel zei dat het een prachtige tuin was, en dat ze, ondanks dat ze hier vlakbij woonden, er nog nooit eerder waren geweest.
Omdat het bankje nat was hadden we er een picknickkleed overheen gelegd; toen ik deze wilde opvouwen zag ik een beestje over de onderkant lopen. Een snuitkevertje, een hazelnootboorder. Erg mooi, maar erg bewegelijk. Moeilijk om een goede foto van te maken dus… Dus, zo’n 20 foto’s gemaakt. (Thuis gekomen blijken de eerste twee foto’s de beste te zijn!)
We hezen onze rugzakken weer op onze rug en liepen verder door het park. Het was geen straf om hier te lopen, maar de routebeschrijving- en markering lieten ons enorm in de steek. We doolden wat rond en kwamen uiteindelijk uit bij een hotel. Nergens in de tekst was er iets over een hotel te vinden… We hadden wel hekken tegen moeten komen, maar die hadden we nu juist weer niet gezien… Om hopeloos van te worden. We liepen weer wat terug en vonden uiteindelijk markering én hekken. Daarna was de route alweer onduidelijk; wederom kwamen we uit bij het hotel?! We besloten om ons ‘naar beneden te storten’ naar een pad dat een paar meter lager liep. Nog steeds hebben we geen idee hoe we hadden moeten lopen, maar gelukkig kwamen we even later weer uit bij markering.
Via het bos bereikten we Landgoed Oranje Nassau’s Oord. Ook hier was het druk met mensen, zoals we de hele dag al mensen in overvloed tegen waren gekomen. We kwamen in een beukenbos terecht, aan het donkerte merkten we dat én de lucht betrokken was en de wintertijd was ingegaan. Toch zag Remco in het duistere licht twee nachtvlinders tegen een boomstam aan zitten. Ze zaten op zo’n 2,5 meter hoogte en waren dus moeilijk te zien en te fotograferen. Navraag op het forum leverde op dat het Kromzitters (Astroscopus sfinx) zijn. Ook al hadden we nog nooit eerder nachtvlinders tegen een boomstam aan gezien, een paar meter verderop zagen we een andere soort zitten. Hoogst waarschijnlijk was dit een vrouwtje Gepluimde spanner (Colotois pennaria). Hierna gingen we de boomstammen beter bekijken en zagen nog een beukennootje dat in een spleet in een boombast was vast gezet en sporen in het mos op de stam. De sporen deden ons denken aan sporen van een boommarter of zo, maar weten dat absoluut niet zeker.
Een rups kruiste ons pad. De rups van een beervlinder (zelf denken we aan de Witte Tijger (Spilosoma lubricipeda). Het duurde even voordat we een plekje vonden om pauze te houden, maar belandden uiteindelijk op een bankje langs de Molenbeek. Ook hier kwamen er veel mensen voorbij. Wat een drukke omgeving! Tussen de voorbijgangers door konden we allebei onze blaas legen in de bosjes. Fijn!
Na de pauze liepen we door het bos verder, richting auto. Midden in het bos kwamen we langs een houten toiletje, voor de hoge nood! We hadden het nu niet meer nodig. De juiste route was weer moeilijk te volgen, daar hadden we wel wat extra markering kunnen gebruiken. Toch kwamen we telkens weer ergens markering tegen en liepen we blijkbaar dus nog steeds goed. Een drassig pad moest ons verder brengen. Twee hardlopers kwamen ons tegemoet: de één huppelde als een jonge gazelle over de modderplassen heen, de tweede gleed bijna onderuit in de bagger. Het was een leuk gezicht! Ook wij moesten door dezelfde drab, maar door het verschil in tempo was de kans op uit glijden een stuk minder. Halverwege het pad voelden we de hete adem van een andere wandelaar in onze nek. In een bocht vroeg hij ons of hij iets mocht vragen. “Ja, natuurlijk.” Hij: “Is dat een leuke site, wandelavonturen.nl ?” Wij: “Ja, wij vinden van wel.” Hij vroeg of we er dan werkten of zo, waarop ik zei dat het onze eigen site was en dat hij maar eens een kijkje moest nemen als hij zin had. Het bleek dat hij hier in de buurt woonde en samen met zijn vrouw LAW’s liep. Het Maarten van Rossumpad wilden ze binnenkort gaan lopen. Weer een leuke ontmoeting!
Het werd steeds donkerder en we verdachten de lucht er van dat ie enkele regendruppeltjes liet vallen. Toen we het open land bereikten bleek dat het inderdaad regende, en het ging steeds harder. Half balend van de regen doorkruisten we het akkerland. Gelukkig kwam de auto in zicht en stond er geen koude wind waardoor we teveel zouden afkoelen. Toch was het jammer om de etappe in de regen te moeten afsluiten.
Gestaag stapten we door en zagen uiteindelijk de auto staan, waar we om 17.00 uur aan kwamen. Ruim een uurtje later waren we thuis, na een heerlijke wandeling. Door een mooi gebied, en met leuke waarnemingen. In vergelijking met vorige week was het warm en echt op en top herfst, heerlijk!