Links en tips | CONTACT | GASTENBOEK |
Vrijdag 2 mei 2008 Ringslangen
Zwammerdam – Haastrecht, ± 24 km
Redelijk zonnig, windje, regenbuitje, 3 – 16 °C
Omdat in Zwammerdam het buurtbusje niet in het weekeind rijdt moesten we vandaag wel gaan lopen. Dit was de enige doordeweekse dag dat we allebei vrij waren. De weersvoorspellingen voor vandaag waren begin deze week nog niet zo bestmaar naarmate de week vorderde werden de verwachtingen steeds positiever. Uiteindelijk zou het vandaag een zonnige dag worden met kans op een buitje, ongeveer 17 °C. Redelijk lekker wandelweer dus.
Rond 6.00 uur reden we de straat uit, de zon kwam net op. In de polders hing een dikke laag mist. Een uurtje later parkeerden we de auto in Haastrecht en liepen een stukje van de route naar de bushalte. We moesten ruim een kwartier wachten voordat de bus richting Utrecht kwam. Het was nog vrij frisjes dus waren we blij toen we in de wat warmere bus konden stappen. Na 20 minuten stapten we uit in Oudewater. We moesten nog even wachten voor de buurtbus kwam die ons naar Woerden zou brengen. Daar stonden we dan, in Oudewater; er kwamen 3 bussen lijn 180 voorbij, die moesten we allemaal niet hebben. We wachtten op het buurtbusje. Gelukkig kwam deze uiteindelijk en werden we naar station Woerden gebracht. De chauffeur informeerde even of we gingen lopen en wenste ons na de twintig minuten durende rit een goede wandeling. Op station Woerden moesten we nog een half uur wachten op het buurtbusje naar Zwammerdam. Tijdens het wachten sprak een buschauffeur ons aan: of we een dagje wandelen hadden gepland. We waren het met elkaar eens dat we een mooie dag hadden uitgezocht. Het busje kwam, gelukkig iets te vroeg waardoor we onze koude handen en voeten weer een beetje konden op warmen. Het oude mannetje dat de bus bestuurde vroeg ook of we gingen wandelen. Verder zei hij niet veel, alleen dat het nog te vroeg was om te vertrekken, dat we mooi weer hadden en dat het wel een heel eind lopen was. Toen het dan eindelijk tijd was om te gaan rijden kregen we weer een heerlijk toeristische route langs de Meije. Bij de kerk in Zegveld was hij wederom te vroeg en stapte even uit om ‘achter de kerk langs te lopen’. Toen hij het busje weer in stapte vertelde hij dat hij zijn blaas had geleegd.
Het busje reed weer verder door het leuke gebied, er stapte een dame in. De buschauffeur begroette haar met “Dag mevrouw van Ooijen. Ik dacht u al met vakantie was.” Hij zette ons af in ‘het centrum’ van Zwammerdam. Zowel de chauffeur als de mevrouw wenste ons een fijne dag toe en zwaaiden vriendelijk naar ons toen het busje weg reed.
Het was intussen 9.00 uur, we konden eindelijk echt van start. We liepen het dorpje door en maakten een kleine omweg naar het terrein waar we de vorige keer onze tijd hadden gevuld. Hier konden we de fundamenten zien van een castellum, een legerkamp uit de Romeinse tijd. Het was een kleine omweg maar interessant genoeg om even mee te pakken. Na dit ommetje gingen we echt op pad, we vervolgden de route over smalle asfaltweggetjes door de polders van het Groene Hart. Er kwamen aardig wat auto’s langs waardoor het iets minder ontspannen lopen was. Iets verder sloegen we een fietspad in, lekker rustig. De bermen waren begroeid met fluitenkruid en koolzaad, een kleurig geheel. Het zonnetje scheen lekker op onze bolletjes. Vogeltjes tjirpten en floten.
Vlak voor het dorpje Tempel gingen we de Ringdijk op, een asfaltweggetje dat verderop een graskade werd. Om ons heen hoorden en zagen we veel weidevogels. Vlak voor ons vloog een grutto op, van haar nest?? We liepen naar de plek toe en keken of we het nest konden vinden. Ik had last van mijn rug en bleef rechtop staan. Remco ging fanatiek zoeken. En vond het grutto-nest!!! Met 4 prachtige eitjes erin. Boven ons waren zowel grutto als kieviet ons flink aan het uitschelden. We gingen snel weer verder na deze mooie vondst.
Verderop liepen door Oud-Reeuwijk en onder de A12 door. We kwamen in Reeuwijk-Brug en raakten de route even kwijt. Er was het één en ander veranderd maar na even zoeken vonden we toch het juiste pad. Ik moest piesen maar in het open landschap waar we doorheen kwamen waren er geen opties waar ik me prettig bij voelde. Gelukkig kwamen we uit bij een open café-restaurant aan de Reeuwijkse Plassen. We hebben er een colaatje gedronken en van de plee gebruik gemaakt. Dat luchtte op!
Hierna liepen we verder langs het water van de Reeuwijkse Plassen. We liepen over een breed, half verhard pad. Geen bankje te bekennen, terwijl de plek er echt om vroeg. Jammer. Misschien worden er in de toekomst nog bankjes geplaatst. In het riet langs het pad hoorden we vogeltjes zingen. Een karekietje bleef fluiten en tussen het riet door konden we hem even bekijken.
Over een smal pad tussen het water door liepen we in het zonnetje verder. Uit de heg naast ons kwamen honderden kleine mugjes of knutjes ofzo. Heel vervelend, je kon niet praten want ze vlogen zo je mond binnen. Daarnaast kriebelden de beestjes en was het gewoon vies. Verderop werd het gelukkig wat minder. We hoorden af en toe wat ritselen in de begroeiing aan de rand van het pad, het bleken ringslangen te zijn! We hebben er 3 gezien en nog 2 gehoord. Ze lagen heerlijk in het zonnetje op te warmen. We hebben wat foto’s en video-opnamen kunnen maken. Heel stom, maar het blijft schrikken als jer vlak langs je voeten iets hoort en ziet bewegen. Ook zagen we een grote rups langs het pad, ongeveer 8 cm groot en behoorlijk dik. Dit bleek een Wilgenhoutvlinder te zijn. We hadden wel zin in een pauze maar we kwamen niet langs picknickbankjes. We hadden juist een picknicktafel nodig omdat we blikjes makreel mee hadden voor op brood. Dat is zonder tafel niet echt handig. Op het kleed kon het wel maar ook daar waren geen geschikte plekjes voor.
We kwamen in het dorpje Oukoop en liepen door naar de Kippenkade. Het was een heel smal paadje tussen water en boompjes door. We moesten een gezin inhalen, op een iets breder stukje maakten ze plaats voor ons. Iets verder kwamen we nog meer mensen tegen; ze lieten het bruggetje naar hun vakantiehuisje (?) zakken om er over heen te gaan. Na een aantal meter schrok ik van een ringslang die vlak naast de plek lag waar ik mijn voet neer zette. Door de onverwachte beweging zo dicht naast me kreeg ik toch even de kriebels, ook al wist ik dat het beestje onschuldig is en banger voor mij dan andersom.Weer iets later kwamen we ter hoogte van een broedende zwaan 2 tegenliggers tegen. We bekeken de situatie. Zij gingen eerst, wij daarna. De zwaan blies vervaarlijk maar het mannetje was gelukkig niet in de buurt.
We kwamen uit bij het water van de Enkele Wiericke, over de graskade liepen we er langs. In de sloot aan de andere kant van ons zagen we iets in het water zwemmen, een rat. We hadden wel zin in een pauze maar de picknickbankjes waar we langs kwamen werden belaagd door vliegjes en mugjes. We besloten verder te lopen.
De route leidde ons naar Driebruggen, vanaf hier volgden we een pad langs de Dubbele Wiericke. Het pad langs de huizen werd een graskade en iets verder stopten we voor onze pauze. Op ons kleed gingen we lekker zitten, licht vermoeid. We zaten nog maar net of de zon verdween achter de wolken en een koude wind stak op. Vanaf ons plekje hadden we uitzicht over de Dubbele Wiericke en weilanden met koeien. We zagen een ooievaar opvliegen. Na een rondje kwam deze terug met partner. Samen cirkelden ze rond om uiteindelijk in het weiland neer te strijken. De wind en de wolken maakten de pauze iets minder aangenaam dan we hadden gewenst. Toch genoten we van de pauze en een broodje makreel. Het was aangenaam zolang het zonnetje scheen, met wolken was het behoorlijk frisjes, mede door de wind. Na de lekkere pauze stonden we op om de laatste kilometers te gaan lopen.
We wandelden verder over de graskade en kwamen uit op een asfaltweg in het dorpje Hogebrug. Het begon zachtjes te spetteren, niet hard genoeg om onze regencapes aan te doen. De route leidde ons door een tunnel onder een spoorweg door. Aan de andere kant van de tunnel bleek dat het harder was gaan regenen. We liepen terug naar de tunnel en pakten onze regencapes. Veilig onder de capes gingen we verder. We kwamen achter een man en een vrouw te lopen. Ze waren nog maar net op pad. Zij had een paraplu en hij liep zonder bescherming tegen de regen stug door.
We kwamen weer bij de Enkele Wiericke. De officiële route ging hier rechtdoor over de Tiendweg, een smal pad tussen twee sloten in. Naar links ging de alternatieve route. Deze alternatieve route was er omdat de Tiendweg tijdens de druk van het Pelgrimspadboekje (2005) gedeeltelijk was weg geslagen en daardoor onbeloopbaar was. Of dat nu nog steeds zo was wisten we niet. Er stond echter ook dat er in het voorjaar veel broedende zwanen zitten die je de weg versperren. Dat risico wilden we niet nemen en besloten dus om de alternatieve route te volgen. Het pad leidde ons in de regen langs het water van de Enkele Wiericke naar het jaagpad langs de Hollandse IJssel. De bui was voorbij, we deden de regencapes uit. We volgden het jaagpad, de bermen stonden vol met bloeiend fluitenkruid, een prachtig gezicht. Het was druk op het fietspad met fietsers en er kwam ons een enkele wandelaar tegemoet. Weer kregen we een korte bui over ons heen maar gelukkig konden we redelijk snel onze capes weer uit doen. Ik heb wat fluitenkruid afgesneden voor thuis. We waren redelijk dicht bij de auto dus dat konden de bloemen wel halen.
We liepen Haastrecht in en kwamen om 15.30 uur bij de auto aan.
De bloeiende bermen met het vele fluitenkruid, de ringslangen, het karekietje, het gruttonest, het voornamelijk lekkere weer, de zwanen, de eendenpulletjes, een paar schapen met lammetjes. Het was een leuke en afwisselende wandeling.