HOME

OVERZICHT

Links en tips CONTACT GASTENBOEK

Havezatenpad

FOTO'S

 

 

Vrijdag 26 december 2008 Zonnige winterdag

Oldenzaal – Enschede Drienerlo, 23,1 km

Zonnig en koud, -1 – 1 °C

 

Vandaag een koude maar zonnige wandeldag met veel kleine beekjes en half verharde zandpaden door een mooi landschap met akkers, weilanden en bos.

 

We hadden een 2e kerstdag zonder afspraken; we wilden van de gelegenheid gebruik maken en gaan lopen. We besloten om niet de trein van 8.06 uur te nemen maar die van een uurtje daarna, zo konden we toch een beetje ‘uitslapen’. Na alle knoflook van gisteravond (kerst tapas) werden we om 6.00 uur wakker met een grafsmaak in onze mond. Het had licht gevroren en we waren moe, waar begonnen we aan? Dat denken we wel vaker maar we weten ook dat het toch altijd wel weer mee valt en dat we blij zijn als we niet in bed zijn blijven liggen. Slaperig stapten we dus uit bed en bakten de broodjes voor vandaag af. Moeizaam kwamen we op gang maar om 7.25 uur reden we dan toch de straat uit. Vijf kwartier later parkeerden we de auto bij station Enschede Drienerlo. We kochten de treinkaartjes en zochten een beschut plekje om op de trein te wachten. De koude oostenwind drong door tot op onze botten, dwars door al onze kledinglaagjes heen. De rood opkomende zon verwarmde onze blik maar niet ons lichaam. Al snel werden onze tenen ijzig koud en hoopten we dat de trein maar snel zou komen. Gelukkig kwam deze een paar minuutjes eerder, om iets over negenen, en konden we een beetje warm proberen te worden in de vier minuten durende treinreis. Op station Hengelo aangekomen stapten we over op de trein naar Oldenzaal. Deze stond al klaar, we konden dus gelijk de warmte weer in. De Syntus-trein had op ons na geen andere reizigers. De machinist liep langs, zei vriendelijk goedemorgen en nam plaats achter ‘het stuur’. Bij het volgende station, station Hengelo Oost, vroeg de man of we naar Oldenzaal moesten. Toen Remco dit bevestigde reed de trein rustig langs het station. Er stonden geen mensen te wachten en wij hoefden er niet uit dus hoefde de trein ook niet te stoppen.

Op een koud maar zonnig perron stapten we om 9.23 uur uit. Station Oldenzaal, het officiële startpunt van het Havezatenpad. Voor ons echter de één na laatste etappe: we hebben alleen Zwartsluis – Blokzijl nog te gaan. Vóór ons werd een watertoren prachtig verlicht door de opkomende zon. Vrij snel liepen we, langs aardig grote huizen, naar de rand van Oldenzaal. We kwamen langs het landhuis “De Haer”, met bij de vijver een eendenhuisje in Chinese stijl. De gure wind maakte de gevoelstemperatuur stukken kouder dan iets onder het vriespunt. We hielden onze handen diep weg gestopt, trokken onze kraag omhoog en onze pet naar beneden. Onze steenkoude tenen (wel iets opgewarmd door de twee korte treinreizen) hadden het nog het minst naar hun zin. Zelfs mijn kont was koud. Deze zou pas op terugweg in de auto weer warm worden!

Via een smal zandpad kwamen we over een wat breder zandpad met daarnaast een brede sloot of gracht. De beukenbomen aan de andere kant van de greppel weerspiegelden erg mooi in het water. De blauwe lucht en het zonlicht maakten het plaatje af. Langs het pad stond ook een dode boom met oesterzwammen, prachtig beschenen door de zon. Er waren veel mensen aan het fietsen of hardlopen, redelijk druk voor 2e kerst ochtend. Een eekhoorntje schoot voor ons uit een eik in en verstopte zich aan de andere kant van de boom.

We kwamen in open landschap en zagen het land om ons heen glooien. Over een half geasfalteerd weggetje liepen we langs een paar huizen. Het asfalt ging langzaam over in een zandpad. De bevroren grond was goed te belopen. Langs de route stond een vakwerkschuurtje; deze was een paar jaar terug volledig gerestaureerd èn verplaatst naar deze plek, iets hoger gelegen dan de originele standplaats. De bruine sigaren van riet staken mooi af tegen het licht wit bevroren gras. We staken een (rustige) A1 over. Op het viaduct kregen we de wind weer vol in ons gezicht. We waren blij dat het zonnetje scheen, dat gaf nog een klein beetje warmte…

Over afwisselend asfalt en zandpaden liepen we verder door nat bos en weiland. In de routebeschrijving stond wel dat we een beekje moesten oversteken maar we hadden niet gedacht dat dit beekje gewoon over het weggetje zou stromen! Het water stond niet hoog en was niet breed, geen probleem dus. Deed me aan het buitenland denken. In het bos kruisten we, deze keer met behulp van een bruggetje, weer een beekje. Het zonlicht weerkaatste fel in het stromende water. Op een bepaald punt kon je kiezen voor de gewone route of een nat weervariant, ik snapte niet waarom, er was geen rivier in de buurt. Toen we het paadje opgingen stapten we gelijk al in de half ontdooide modder en gedurende het kronkelige paadje moesten we heel wat half ontdooide modderplassen omzeilen. Een pad waar eigenlijk geen fietsers mogen komen maar het duidelijk wel gebeurt. Met als resultaat helaas een voor wandelaars soms bijna onbegaanbaar pad… Op hetzelfde pad kwamen we een zeer gammel ogend bruggetje over een greppel tegen. Voorzichtig liepen we één voor één over de half vergane planken.

Tussen twee kleine watertjes in namen we een pauze op een bankje in het zonnetje. Terwijl we zaten te genieten van de zon kwam er een troepje staartmeesjes in de bomen om ons heen. Vrolijk kwetterend hielden ze ons een tijdje gezelschap. Ze vlogen in de elzen van tak naar tak en van boom tot boom. Toen ze weg waren kwam er een boomklevertje in de eik naast ons. We probeerden hem op de foto te zetten. We snapten niet dat het beestje zo snel was: zo zat ie hier, zo zat ie daar. Bleek dat het er twee waren, dat verklaarde een hoop.

Na een half uur te hebben genoten van de rust, het zonnetje en de vogeltjes moesten we een klein stukje over een asfaltweg, de Oude Deventerweg. Tijdens de pauze hadden we al gezien dat er best wel wat auto’s over heen kwamen, met een behoorlijk tempo. Na een paar honderd meter konden we het drukke weggetje gelukkig al weer verlaten en liepen we opeens over een half verharde zandweg, het begin van een eeuwenoud kerkenpad. Het Wiefkerpad werd al snel een smal zandpaadje over de Roolvinkes. Hier hebben Neanderthalers ruim 60.000 jaar geleden hun kampement opgeslagen en hier zijn de oudste sporen van bewoning in de gemeente Enschede gevonden. De glooiende heuvel gaf toen waarschijnlijk een goed uitzicht over het omliggende, lager gelegen, akkerland. We kregen zicht op de kerk van Lonneker, het juiste beeld bij een kerkenpad. Het was 12.45 uur, we hadden nog zo’n 8,5 km voor de boeg.

We liepen door het dorp en liepen langs het sportpark (en ijsbaan en duivenvereniging) het dorp weer uit. Een smal zandpaadje bracht ons richting de rand van Enschede. Met aan de ene kant huizen en aan de andere kant een beekje gingen we verder. Bij een klein stroomversnellinkje zagen we een paar ijspegels aan een takje hangen. Nog meer (half) verharde zandpaden brachten ons verder naar ons eindpunt. Twee kleine paardjes kwamen naar ons toen we ze riepen. Ze hadden heerlijk zachte haren. Toen de één vond dat hij meer aandacht verdiende dan de ander beet hij zijn metgezel in de nek. Deze gaf echter niet zomaar toe en reageerde terug. Toch waren het echte vriendjes met elkaar en na een klein beetje steigeren en bokken hadden ze hun onenigheidje alweer bijgelegd.

De route leidde ons nu langs waterbekkens. In het eerste water zaten veel vogels. Het water kleurde prachtig blauw in het licht. Verderop zagen we een paar vieze waterbekkens, met een drabberige bodem. Sinds een brand bij een bedrijf aan het kanaal, een jaar of vijf geleden, hebben ze problemen met het oppervlaktewater. Misschien dat dat nog steeds de reden is voor deze trieste aanblik. Een volgend waterbekken was wel gevuld en zag er mooi uit. Op de rode boeien aan de waterkant zat een aantal aalscholvers te zonnen. Het blauwe water, de rode boeien en de zwarte vogels; ook weer een plaatje om te zien. Net zoals de witte berken langs ons pad met daarachter een strak blauwe lucht, de kleurschakeringen waren geweldig! Je hebt van die dagen, zo genieten is dat!

Weer een paar boerderijtjes. Een overvolle brievenbus, vakantie? Mooie beukenlaan, prachtig licht. Verder over een smal en kronkelend bospaadje langs een geasfalteerde weg richting Enschede. Mooi om een stad zo te kunnen naderen. We kwamen langs wat universiteitsgebouwen en een kunstwerk gemaakt door Wim T. Schippers; in de vijver van de campus van Universiteit Twente staat een kerktorentje dat in de vijver verzonken lijkt te zijn. Twee duiven zaten romantisch in de klokkentoren.

We kwamen langs een grootschalig sportterrein. Aan de zijkant van een gebouw was een grote klimwand gemaakt. Door het hek wat er vlak bij stond, met grote spiesen bovenop, kregen we wel een akelig gevoel bij het idee dat je van de klimwand zou vallen… Bij een voetbalveld ofzo kwamen we langs twee zouthuisjes en een voormalige zoutboortoren. De houten toren was nu, gezien het wapen boven aan de toren, eigendom van de voetbalclub ernaast. Hierna maakte de route weer gebruik van smalle paadjes door een strook bos langs een geasfalteerde weg. Terwijl de hoge bebouwing van Enschede, en daarmee ook de auto, dichterbij kwam, liepen we nog steeds over smalle bospaadjes. Alleen het laatste stukje moesten we nog wat asfalt overbruggen. De auto stond keurig op ons te wachten. Het was iets voor half drie, we waren mooi op tijd.

Op de terugweg naar huis werden we iets opgehouden door files maar om 16.30 uur waren we dan eindelijk thuis. We waren wel een beetje moe (of rozig) maar we hadden echt genoten van de dag. De grote hoeveelheid zon deed denken aan een eerste voorjaarsdag en maakte onze pauze ook aangenaam. Samen met het afwisselende landschap en de prettig beloopbare paden zorgde het voor een ideale wandeling.