HOME

OVERZICHT

Links en tips CONTACT GASTENBOEK

 

Zevenwoudenpad

FOTO'S

 

Vrijdag 1 mei 2009 Vlinders, rupsen, libelles en andere insecten

Beetsterzwaag – Ureterp (via ‘oostroute’), ± 35 km

‘s Ochtends mistig en bewolkt, ’s middags zonnig, 9 – 23 °C

 

Vandaag zouden we onze laatste etappe van het Zevenwoudenpad gaan lopen. Na Ureterp loopt de route via twee takken, die later weer samen komen. Omdat we het liefst alle kilometers van een LAW lopen hadden we niet gekozen voor de Oost- of de West route, maar zouden we ze allebei lopen. Van Beetsterzwaag naar Ureterp is het een kilometer of 10, maar wij namen een omweg via de oostroute, zo’n 25 kilometer meer. Naast deze behoorlijke afstand moesten we ook nog eens anderhalf uur heen (en terug) rijden en zou het OV ons ongeveer een half uur kosten. De beste optie qua OV was via Drachten, maar dan moesten we wel om 6.39 bij de bushalte staan! Redelijk vroeg als je bedenkt dat we daarvoor ook nog eens anderhalf uur moesten rijden voordat we bij de bushalte zouden komen! We besloten gisteren om vroeg naar bed te gaan en zowaar, het lukte eens een keer. Voor tienen lagen we op bed. Op het moment dat we net in doezelden werden we wakker van het geknal van vuurwerk. Het was Koninginnedag, dus op zich was er ook wel vuurwerk gepland, maar aan het eind van de ochtend had er iemand in een auto een aanslag op de bus van de Koninklijke familie willen plegen. De man was dwars door het publiek heen gereden en ramde daarna in plaats van de bus van de Koninklijke familie het monument ‘De Naald’. Tot nu toe zeven doden, waaronder de dader, een paar zwaar gewonden en meerdere lichtgewonden. Verbijsterend! Wat een nachtmerrie. Meerdere festiviteiten in het land werden afgelast maar er ging ook een heleboel door. Het vuurwerk in Soest ging dus blijkbaar ook door (of was het niet van de gemeente maar van een particulier feest?).

Al snel was het vuurwerk voorbij en konden we in slaap vallen. Om 4.00 uur stonden we weer naast ons bed en om 4.45 uur reden we weg. Het was lekker rustig op de weg en in de schemering zagen we de bollenvelden langs de A6. Op de radio werd nagesproken over het drama van de dag ervoor. Het blijft een onwerkelijk beeld…

Maar goed, een nieuwe dag was aangebroken en we hadden een mooie en lange etappe voor de boeg. Het zou een zonnige dag worden dus we hoopten eindelijk in onze korte broek te kunnen lopen. Op de radio hoorden we dat er in het noorden mistbanken waren en ja hoor, niet veel later betrok de glorende ochtendlucht en reden we onder een dik wolkendek. Het had hier niet lang geleden geregend, de weg was nat. Hmmmm, dat was niet de bedoeling…

Aangekomen in Ureterp keken we of we ook een stuk verderop konden parkeren, bij een bushalte die misschien redelijk in de buurt lag van de route. Dan konden we wel zo’n 7 km afsnijden, waarvan we er eerder al zo’n 3 hadden gelopen. Helaas was parkeren hier niet echt mogelijk dus besloten we om toch maar in het centrum van Ureterp de bus te pakken. We reden terug en parkeerden de auto vlak bij de bushalte. Tenminste… aan de overkant zagen we het bordje van een bushalte, maar niet aan de kant waar wij zouden moeten opstappen. Vreemd. Even doorlopen dan maar. Verderop kwam een meisje aangefietst, zette haar fiets tegen een muur en keek naar iets. Het bleek het bordje van de bushalte te zijn, voor ons verstopt achter boompjes. We waren blij dat we de halte op tijd hadden gevonden maar het meisje vroeg zich af of de bus vandaag wel reed; op het bordje stond iets van “rijdt niet op 30 april en de vrijdag na hemelvaartsdag”. Ze dacht dat er de vrijdag na Koninginnedag, vandaag dus, misschien geen bus zou komen. Ik had echter een route via het internet uitgedraaid en daar stond dat op 1 mei de bus om 6.39 uur langs zou komen. En ja hoor, de bus kwam, zelfs een beetje te vroeg. Dat was niet erg want buiten was het nog een beetje frisjes. Zo’n 10 minuten later kwamen we aan op busstation Knobbelsdorfplein (ofzo) in Drachten, waar we een kwartiertje later de bus naar Beetsterzwaag konden nemen. Tijdens het wachten zag ik verschillende mensen met een krantje staan. Waar zouden we er eentje kunnen halen? Ik ging op onderzoek uit en Remco ontdekte verderop een man met krantjes. We kregen allebei een Spits! en hadden zo wat leesvoer. Veel over het Koninginnedagdrama natuurlijk, en daarnaast de varkensgriep die op het punt staat een ‘pandemie’ te worden, een wereldwijde uitbraak van het dodelijke varkensgriepvirus.

Om 7.15 uur stapten we uit de bus en stonden we in Beetsterzwaag, waar we ruim twee jaar geleden ook hadden moeten uitstappen. Toen waren we echter gestrand in Drachten (waar we vanmorgen ook hadden gestaan) omdat de eerste bus veel te laat was gekomen en we dus onze aansluiting misten. Toen hebben we heel wat extra kilometers gelopen, deze keer konden we gelukkig gewoon op de volgende bus stappen. Om 7.10 uur stapten we uit de bus en pakten de route op.

Al snel liepen we een park in om Beetsterzwaag verderop achter ons te laten. De dag begon goed met allemaal zandpaden- en paadjes. We liepen door een bos met een golfbaan. Er reden een paar karretjes voor het onderhoud van het gras en er kwam een wagentje langs waar een hond voor rende. Het leek net of de hond het karretje voort trok, een grappig gezicht. Na drie kwartier lopen kwamen we bij het riviertje Koningsdiep. Hier namen we een korte pauze bij een picknickbank om een broodje klaar te maken. We zagen kwikstaartjes, vinkjes, pimpel- en koolmezen en we hoorden in de verte een koekoek, de eerste die we dit jaar hoorden. Het was nog steeds mistig en bewolkt, de zon kreeg er nog geen stralen doorheen. We kwamen langs de Lippenhuisterheide, een redelijk groot heideveld. Aan het begin zagen we dat er een klein deel van het moerassige gebied was afgebrand. Het rook nog naar verbrand hout. Nieuw groen gras kwam tussen de verbrande stoppels omhoog. Het heidegebied was voornamelijk begroeid met grassen, de heide stond er in plukjes tussendoor. Omdat er langs het pad veel struikjes en kleine boompjes stonden was het zicht op het heideveld niet geweldig. Een paar doorkijkjes gaven ons een beter beeld. Langs het pad zagen we achtereenvolgens een soort van cocon aan een grasspriet, het leek wel op een konijnenkeutel, en een mooi vlindertje. Een zelfde soort cocon hebben we dit jaar al eerder gezien, ook bij een nat veengebied. Het vlindertje was een blauwtje, een boomblauwtje.

Over smalle paadjes langs bosrand en akkers c.q. weilanden liepen we verder om uit te komen bij de Compagnonsvaart. Langs het water liepen we een kilometer naar Hemrikerverlaat om daar de brug over te steken. De brug was lange tijd door de mist aan ons zicht onttrokken. Nadat we de brug over waren moesten we weer 500 meter terug lopen langs de andere kant van het water. Gelukkig was het redelijk rustig op de weggetjes en konden we lekker door lopen. Over een smal schelpenpad liepen we langs een sloot en weilanden. In de berm bloeiden allerlei bloemen zoals fluitenkruid, pinksterbloemen, paardenbloemen, boterbloemen etc. etc. Over meer van dit soort paadjes bereikten we een paar huizen, waarschijnlijk een deel van Jubbega. Na een klein stukje asfalt draaiden we weer een zandpad op. Het was nog steeds bewolkt en mistig, zelfs vanaf de akkerlanden kwam mist omhoog. Het was een uur of tien, en terwijl heel Nederland waarschijnlijk al lag te baden in de zon bleef Friesland verstopt onder een wolkendek.

We kwamen op het punt waar de oost/ en de westroute bij elkaar komen en door loopt naar Hoornsterzwaag. Wij namen niet de route naar Hoornsterzwaag maar liepen via de oostroute naar Beetsterzwaag. Op het eerstvolgende brede zandpad zagen we meerdere sporen van reetjes. Ze zagen er vers uit en liepen ‘voor ons uit’ over het pad. Ergens in de bosje leegde ik mijn blaas en wilden we weer verder lopen. Remco zag verderop in het land een reetje staan, welk van de sporen zou van deze ree zijn geweest? Een klein stukje verder stond aan de andere kant van het pad een tweede ree. We liepen door over het brede pad en kwamen een stuk verderop langs een bankje. Hier namen we een korte pauze.

Na de pauze liepen we door een buurtschapje dat bij Hoornsterzwaag hoorde. In een weiland lag een schaap op zijn rug te rollen; hij kon niet meer overeind komen. Meestal betekent dat uiteindelijk de dood van een schaap. We belden aan bij het huis voor het weiland maar er werd niet open gedaan. Ook bij de boerderij ernaast zagen we niemand. We liepen terug om te kijken of het schaap nog steeds op zijn rug lag maar tot onze grote verbazing was het gelukt om weer op de poten te komen. Met een gerust hart konden we weer lopen, op naar de Duurswouderheide en een lange pauze.

Het zou nog wel zo´n 1,5 uur duren voordat we daar aan zouden komen dus we hoopten dat het de zon tegen die tijd was gelukt om door de wolken heen te breken. Als het schaap weer op zijn poten had kunnen komen moest de zon toch wel kunnen afrekenen met die grauwe massa?! We kwamen op een volgend onverhard pad, De Moskoureed. In het gebied waar we liepen zijn enkele Russische namen te vinden, Petersburg bijvoorbeeld, maar Russen zijn hier nooit geweest. Deze Moskoureed zag er niet zo best uit: het brede pad liep helemaal bol en was zeer ongelijk. Geen idee wat er mee was gedaan, maar het zag er niet uit als een normaal pad. We hadden vandaag al meerdere zandpaden gehad die waren bewerkt en heel mul waren, en dat voelden we in onze benen. Gelukkig was het zand niet zo zacht en vielen de sporen van tractoren mee. Verderop werd het zandpad een smal onverhard weggetje langs wat huizen. De bermen met de vele bloemetjes werden druk bezocht door vlinders en andere insecten. We liepen verder en kwamen langs de huizen van Petersburg. Nog steeds weinig asfalt, veel zand en geen zon. In een klein bos zagen we drie grote bonte spechten achter elkaar aanvliegen. Het was een mooi schouwspel om te zien. We waren nu bijna bij de Duurswouderheide en kwamen langs een eerste heideveldje. Overal op het zandpad zagen we bijtjes heen en weer lopen. Het bleek dat ze met holletjes in de grond bezig waren; heel veel hoopjes zand lagen her en der verspreid op het pad. De bijtjes kwamen er uit of gingen er in, terwijl andere bijtjes druk aan het graven waren. Het was een mooi gezicht maar we moesten uitkijken waar we liepen om niet bovenop ze te gaan staan. Op de momenten dat we stil stonden werden we aangevallen door muggen, niet zo prettig. Het duurde dan ook niet lang voordat we verder gingen. De bijtjes bleken alleen te zitten op het zandpad naast het heideveldje want toen het pad het bos inliep waren ook de bijtjes verdwenen. Uit het gras in de bosrand sprongen kikkertjes weg, we vermoeden heikikkertjes maar weten het niet zeker. Ze waren helaas ook niet op de foto te zetten omdat ze maar weg bleven springen. Precies op het moment dat we aan de rand van het grote heideveld kwamen brak de zon door! En goed ook, de temperatuur steeg gelijk en binnen een paar minuten was er veel blauwe lucht. Nu nog een pauzeplekje vinden in dit prachtige gebied. De Duurswouderheide is het grootste heidegebied van Friesland en wordt begraasd door schapen. Er zijn enkele archeologische vindplaatsen uit de steentijd en er zijn bijzondere planten te vinden. Het is een nat heide gebied met veel vennetjes. Het veenpluis stond mooi in bloei en de zon scheen prachtig op het water van de vennen. Aan de rand van het brede zandpad, dat dwars de heide overstak, vonden we een mooi plekje om onze picknickkleden neer te leggen. Met achter ons het pad en een aantal schapen, en voor ons een mooi ven en veel heide genoten we van de rust en de zon. Natuurlijk met toastjes en een drankje erbij. Onze truitjes konden uit en onze pijpen konden er af. We voelden de zon branden en smeerden ons snel in. Na 5 kwartier pauze die bestond uit rust, zon en stilte (onderbroken door het gekwaak van kikkers en gefluit van vogeltjes), pakten we onze spullen weer bij elkaar en gingen verder.

In de berm naast het zandpad zagen we een groene kever (een groene zandloperkever), het beestje was razendsnel, het kostte wat moeite om hem op de foto te krijgen. We hadden last van muggen en spoten ons in met een middel van Off!, gekocht in Noorwegen, werkt als een speer; de muggen bleven gelijk op afstand. Hierna volgden we een fietspad met daarnaast een breed zandpad. Het zandpad was helaas te mul om prettig over te lopen dus kozen we voor het asfaltfietspad. Het uitzicht over de heide was schitterend en werd nog extra veraangenaamd toen er leeuwerikjes begonnen te zingen. We lieten de heide achter ons en kwamen door bos en langs akkers en weilanden. In de berm stond brem te bloeien, en op de bloemetjes zaten verschillende insecten. Er zat een mooi klein vlindertje en meerdere libellen. Eén van de libellensoorten is waarschijnlijk de smaragdlibel. Zoals de naam al zegt had de libel een prachtige glans over zich. Een andere libel, een venwitsnuitlibel, was zwart met geel; de gele strepen van de libel werden versterkt door het geel van de brem, echt prachtig! Overal fladderden vlindertjes, de citroentjes en de oranjetipjes waren talrijk aanwezig. Boven het pad hingen honderden kleine rupsjes aan ragfijne draadjes aan de bomen. Ze hingen echter zo laag dat we regelmatig een draad raakten en deze met rupsje en al mee namen. De draadjes kriebelden en de rupsjes ook. We probeerden de laaghangende rupsjes zoveel mogelijk te ontwijken maar zagen ze niet altijd hangen. Het was een heel aparte ervaring om zoveel kleine rupsjes te zien hangen.

De zon scheen nog steeds, het was uitstekend wandelweer geworden. We kwamen langs de Freulevijver, een klein ven in het bos. Er stond een prieeltje bij waar je even kon zitten. In het veld vlak bij de vijver stonden twee picknickbanken, een heerlijke plek. Aangezien we net pauze hadden gehad lieten we de bankjes links liggen maar we namen wel even een kijkje bij het watertje. Een geasfalteerd fietspad bracht ons naar en langs het water van het riviertje Koningsdiep. Ook hier weer veel oranjetipjes en andere vlindertjes. Een koekoek riep luid zijn eigen naam, telkens weer. We volgden het fietspad en kwamen uit bij de asfaltweg De Mersken. Vanaf nu zouden we aan de laatste loodjes beginnen, een paar kilometer asfalt, lange en rechte wegen. Gelukkig was er ook daar nog genoeg te zien, schapen met lammetjes bijvoorbeeld. We zagen in een weiland een schaap met daarachter aan hobbelend 5 lammetjes. Een beetje veel voor één schaap! Dat bleek ook te kloppen want toen een ander schaap blaatte renden 2 van de 5 lammetjes snel naar hun echte moeder toe.

Bij een boerderij lag een distelvlinder op de grond, nog wel in leven maar hij had het moeilijk. Na 4 kilometer over De Mersken kwamen we bij het punt waar we afsloegen richting Ureterp, waar onze auto stond. We hadden nog een half uur lopen voor de boeg maar kregen gelukkig wel weer even een zandpad onder onze (intussen pijnlijke) voeten. Een dagpauwoog vloog een stukje voor ons uit, streek af en toe even neer op de grond en fladderde daarna weer verder. Het zandpad hield op, we moesten weer over een fietspad verder. Op het fietspad kroop een rups, een paar kleine miertjes probeerden hem aan te vallen. Het was de rups van de bleke grasworteluil, een niet veel voorkomende vlinder.

In de verte hoorden we het gekwaak van groene kikkers en toen we daar aankwamen zagen we ze ook zitten in de sloot. Dikke, grote, groene kikkers. We bereikten de rand van Ureterp en liepen langs een parkje. Vlakbij het eindpunt was de route versperd door hekken; er werd gebouwd. Het betekende een kleine omweg maar die kwam wel langs een snackbar, precies waar we aan toe waren: een vette hap! Terwijl ik sigaretten haalde bij de Primera vlak voor de snackbar bestelde Remco patatjes. Toen ik binnen kwam stond de patatboer me wazig aan te kijken toen ik zei dat ik bij Remco hoorde (hoe kon het ook anders, we waren duidelijk een stel met die wandelkleren en rugzakken). Later bleek dat hij maar 1 patat met had gemaakt in plaats van 2. Terwijl Remco het 1e patatje opat werd voor mij ook een portie gemaakt. We liepen de laatste paar honderd meter naar de auto, waar ik mijn patatje opat. Het was 16.45 uur, we waren moe maar hadden wel een heerlijke dag gehad. Anderhalf uur later waren we eindelijk weer thuis.

Het was een lange dag maar wel in een prachtige omgeving. De vele vlindertjes en andere beestjes hebben ons veel tijd gekost, wat zijn ze toch mooi als je ze beter bekijkt! En ondanks de mistige start van de dag konden we gelukkig toch in de volle zon eindigen. Het Zevenwoudenpad zit er op voor ons, het boekje kan de kast in.